31.10.07

Armoedebeleid en inkomensgrens

Het armoedebeleid van de gemeente Nuenen is, dit in vergelijking tot de meeste andere gemeenten in Nederland, niet erg ruimhartig. Ik vind dat jammer èn verbazingwekkend. De meeste, zo niet alle, partijen in de raad hebben namelijk gelukkig wel aandacht voor de inwoners die het niet breed hebben. Waarschijnlijk is het gewoon niet bekend dat Nuenen op het vlak van het armoedebeleid nogal karig afsteekt tegen de rest van Nederland. Ik hoop dat na de komende raadsvergadering alle fracties inzien dat de komende jaren het armoedebeleid van Nuenen kan en moet verbeteren.

Waarom vind ik het zo belangrijk om een verandering door te voeren in het armoedebeleid? In ons land hebben we een financiële bodem afgesproken: het minimum. Hierbij hoort een koopkracht die de Nederlandse samenleving als een absoluut minimum ziet. Om het geheugen even op te frissen: Voor een alleenstaande vader of moeder met één of meerdere kinderen bedraagt de bijstand ongeveer € 830 netto per maand. Ik hoef u niet duidelijk te maken dat na aftrek van de huur, de andere vaste lasten en bijvoorbeeld de kosten voor de schoolboeken er niet veel geld overblijft. Deze inwoners van Nuenen zijn echt afhankelijk van een adequaat gemeentelijk armoedebeleid. En ik kan u geruststellen, deze minima kunnen ook daadwerkelijk gebruik maken van het Nuenense armoedebeleid. Helaas is er echter ook nog een groep Nuenenaren die MINDER koopkracht heeft als deze minima. Zij mogen namelijk geen gebruik maken van ons armoedebeleid. Deze groep die het dus slechter heeft als de minima, bestaat uit onder meer ouderen met AOW en een klein pensioentje of mensen met een kleine en slecht betaalde baan.

Ik wil wel duidelijk stellen dat het mij niet zo zeer gaat om de vormen van armoedebeleid die we in Nuenen hebben. Dat zit helemaal zo gek nog niet in elkaar. Het gaat mij om de voorwaarden die wij als gemeente stellen om gebruik te kunnen maken van het armoedebeleid. Die zijn naar mijn mening niet sociaal. Die voorwaarden hebben tot gevolg dat een groep kwetsbare Nuenense inwoners door de financiële bodem zakt en onder de minimum koopkracht belandt.

U bent vast benieuwd hoe dit bij andere gemeenten zit. Het was iets te veel werk om heel Nederland in kaart te brengen, maar voor het gehele SRE-gebied heb ik een inventarisatie gehouden. Ik heb alle 21 SRE-gemeenten benaderd en gevraagd naar hun minima-beleid. Op één na hanteren ze allemaal een ruimere inkomensgrens als de 100% die Nuenen hanteert. De meeste hanteren 110%.

Ik vind dat in Nuenen NIEMAND minder koopkracht mag hebben dan de koopkracht van de minima. De inkomensgrens optrekken naar bijvoorbeeld 110 of 120 procent voor het gehele armoedebeleid zou ik dolgraag willen. De rest van de raad ook? Laten we in elk geval een stap in de goede richting van een sociaal armoedebeleid zetten!

Geen opmerkingen: